Gedicht over Lemelerveld te bewonderen in Kulturhus de Mozaïek

Ik ben Jannes Kuik, ruim vier jaar geleden zijn mijn vrouw en ik verhuisd van Ommen naar Lemelerveld, waar we nu met heel veel plezier aan de Graslanden ons domicilie hebben gevonden en van ons pensioen mogen genieten.

Bijna vijf en twintig jaar waren we in Ommen de exploitanten van restaurant de Wildzang, alwaar we samen met onze medewerkers het de gasten naar de zin mochten maken.

In 2012 was er in de gemeente Ommen een initiatief ontstaan om door middel van een gedichtenwedstrijd een stadsdichter te benoemen, met als resultaat dat ik voor twee jaar als stadsdichter door het leven mocht gaan. Blijkbaar hadden ze daar goede herinneringen aan want van 2016 tot 2019 werd er opnieuw een beroep op mij gedaan om die taak nogmaals te vervullen.

Kijk met heel veel voldoening terug op mijn tijd als stadsdichter, ook al moest ik soms kritisch zijn op het reilen en zeilen in de Ommer gemeenschap, het podium om dat te uiten waren dan vooral de jaarlijkse nieuwjaarsrecepties van de gemeente Ommen. Sinds 2018 mag ik deel uitmaken van het schrijverscollectief Hardenberg.

Het liefst maak ik gedichten die begrijpelijk en makkelijk te lezen zijn, en vooral moeten de zinnen lopend en vloeiend zijn. Mijn inspiratie daarvoor is wijlen Willem Wilmink (kijk op You Tube hoe Joost Prinsen zijn gedicht Ben Ali Libi voordraagt)

Voor Lemelerveld heb ik een gedicht gemaakt over het ontstaan van dit bijzondere dorp met zijn toch wel korte geschiedenis, ik hoop dat u het kunt waarderen.

 

Lemelerveld.

In het landschap van veen en moerassen,

ontgronden zwoegende mannen met

spades het woeste en zuigende land.

Lang waren hun dagen, alwaar het

zweet zich vermengde in het loodzware zand.

Een kanaal werd gegraven, zoals het tijdsbeeld vermeld,

en langs schamele oevers ontstond Lemelerveld.

Alras verrezen er akkers met vruchtbare gewassen.

De welvaart die lonkte dankzij de biet,

en verscheen er tot meerdere glorie een heuse fe(a)briek.

Echter, het lot was de fe(a)briek wat minder gezind,

het kon de biet niet meer gebruiken,

de nood was nabij, men moest het gaan sluiten.

Edoch het dorp dat bleef, gestaag ging

het voorwaarts met groeien en bloeien.

Als erfenis van het verhaal, bleef het stromend kanaal.

Met aan de kantlijn het eeuwige riet, getuigend

als zwijgende ode aan Lemelervelds sukerbiet.

Jannes Kuik ‘22

 

Het gedicht is in bijzondere vorm te bewonderen in Kulturhus de Mozäiek in ieder geval tot einde van de WAK week 18 september. Dorpsgenoot Christa Scholten Meilink is creatief met papier en heeft het gedicht in gedeelten, voorzien van papierkunst weergegeven in 3 boeken, die elk een periode van ontstaan van Lemelerveld weergeven. Foto’s zeggen meer dan woorden, dus hieronder de foto’s van de boeken.

 

Deel dit:

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *