Brommers kieken in de Brouwersbocht

Tussen de hagelbuien door tuffen we zaterdagmiddag over de Strenkhaar naar de Brouwersbocht voor een afspraak met Henk Brouwer. De man heeft na een loopbaan bij het door hem zelf opgerichte Serco zijn oude liefde voor brommers weer opgepakt en wel voor een bijzonder merk. Niet voor de Zündapp, Kreidler of Puch maar voor de Rap.

We zoeken hem op in de garage en daar staan Henk te glimmen tussen een stuk of tien Rap-brommers, die net zo hard mee staan te glimmen. Zijn eerste brommer was indertijd een Rap een Nederlandsch product en gekscherend ook wel het Rotterdams Afval Product genoemd van de gebroeders Stokvis. Je hebt twee types de ene met een Rex blok (=motor) en de andere met een Puch blok. De tien stalen rossen hier zijn allemaal met een Rex hart en de naam Rap is niet anders bedoeld dan het Nederlandse woord voor snel.

Zijn oog viel een jaar of tien geleden op een advertentie ergens in Limburg van een Rap uit 1954. En dat was precies hetzelfde exemplaar als waar hij in zijn jeugd mee rond croste. Onder het mom: de geschiedenis herhaalt zich, jakkert hij naar Grubbenvorst en het stukje nostalgie op.

En dan mis je wat onderdelen, dus moest er een tweede brommer komen en om die weer compleet te maken een derde en zo heb je ineens tien Raps onder dak. Een aantal gele plaatjes op het voorspatbord worden levensecht nagemaakt door Jesse Flik en schoonzoon Ralph zorgt bij van Ewijk voor het spuitwerk. Het chroomwerk wordt gedaan door een bedrijf in Vaassen. Je moet af en toe een half jaar wachten voor je de spullen terug hebt maar dan blinkt het weer als vanouds.

Heel af en toe laat hij zijn stalen kindjes uit, maar de meeste tijd staan ze gebroederlijk naast elkaar in zijn garage, waar je wel van de vloer kunt eten. En als hij erop gaat rijden gaat ook als standaarduitrusting een rugtas met gereedschap mee. Helaas ontbreken de pothelm en vetleren jas maar met zo’n uniek exemplaar steelt Henk de show bij de diverse toertochten.

Het is wel wat anders dan scheuren op een grasbaan, waar hij indertijd met van de Belt in het zijspan diverse nationale en internationale prijzen won. Maar de meeste tijd brengt Henk door in de garage en hij kan intens genieten van alleen het kijken naar zijn prachtige verzameling en wij hebben een uurtje mee mogen kijken.

Voor mij is het ook een beetje terug in de tijd al had ik maar een Zündapp, want daar zijn er nog zat van. Henk veel plezier met je hobby en bedankt dat je je enthousiasme voor Rap wilde delen met ons.

Tekst: Willem van Trui
Foto’s: Hans Heerink + eigen foto’s.

 

p.s. voor mensen, die eens willen zien hoe een Rap eruit ziet als losse onderdelen kunnen hier zien hoe Henk bezig is met zijn hobby.

Restauratie, stap voor stap, van de Rap Super uit 1957. 
Restauratie, stap voor stap, van de Rap Rocky uit 1960.

Deel dit:

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *